Wij wonen in
Den Haag en hebben derhalve het voorrecht om op de 3e dinsdag in
september op pad te kunnen want alle kinderen op de basisschool zijn vrij. Voor ons is het de laatste keer want blaag zit in groep 8.
De koetsen, paarden, koning en gevolg zagen we al eerder voorbij trekken op Prinsjesdag. Het leukst is het als een paard ongenadig poept tijdens de rit en de lakeien daarachter stoïcijns door de warme dampende paardenkeutel stappen, maar ook daar gaat de lol vanaf dus wat dan wèl te doen? De Efteling is een gewild uitje voor Hagenaars en Hagenezen op Prinsjesdag. Dan is het wat minder vol, zeggen ze. Evengoed nog stampes druk en groot nadeel is dat je ontzettend veel beminde en onbeminde bekenden tegen komt. Dus ongestoord genadeloos onopgemerkt in je broek plassen in de Vliegende Hollander zit er niet in.
"Wil je anders naar Trix, je weet wel, die botjes, door Freek Vonk persoonlijk
uitgegraven, aan elkaar gelijmd en neer gezet in Leiden"? vraag ik, op zoek naar iets om te voorkomen dat het de hele dag alleen maar iPad wordt. “Néééé niet nog meer
Freek Vonk” mompelt zoonlief. En ik snap die reactie wel. Je kunt ondertussen
geen tv-zender of blad meer bekijken of Freek Vonk staat erin. Beetje overkill
en het nieuwe is er wel vanaf ondertussen. Nadat ik beloof dat Freek er echt
zelf niet zal zijn omdat hij vast iets beters te doen heeft dan naast zo’n gratenpakhuis
te staan, stemt zoonlief in. En dus toog ik vandaag met mijn puberende gevolg
naar Leiden, om een bezoek te brengen aan Trix, onze trots in barre tijden.
Met de in
allerijl bestelde en geprinte kaartjes in de hand, namen blaag en ik de tram en
trein. De heenweg verliep vlekkeloos. Het was niet druk in tram en trein en het
was, voor zover dat gaat met een pré-puber, best gezellig. Leiden was al snel
bereikt en na een kwartiertje wandelen waren we bij Naturalis. "Het wordt
niet druk vandaag" beweert het meisje met het scanapparaat. Fijn, denk ik,
naïef als ik klaarblijkelijk ben. Want mijn heer ziet neer, hoe is het hier als
het wèl druk is. Na 100 meter langs bewegende plastic dinosaurussen te zijn
geschuifeld, kom ik bij Trix. Het is er druk en ik zie allerlei mensen met hun
telefoon in de weer. Met een ferme zet worden prinsjes en prinsessen door
moeders, vaders en oma's in de juiste positie geduwd. Vóór de imposante kop
maken ze foto's van hun gebroed voor een geraamte dat beroemder is dan hun
bloedjes ooit zullen worden. Maar de kindertjes willen helemaal niet op de
foto. Ze willen door, want achter het geraamte, dat overigens wel indruk maakt,
is een doe-ruimte. Er is nog van alles te ontdekken over Trix. Ook in die
ruimte is een kakofonie van geluid. En ook daar worden kinderen naar voren
geduwd door hun begeleiders. "Druk maar op de knop Lente", krast oma,
terwijl ze zelf met ferme zelfverzekerdheid haar gerimpelde vinger in de knop
zet. Lente is al vertrokken want er staan nep spuitbussen met nep verf, om de
dino een kleurtje te geven. Hilarisch hoor, een rode dino met witte stippen. Je
kan het resultaat ook naar jezelf mailen. Tenminste, als niet alle kinderen
door elkaar schreeuwen en de spuitbus uit elkaars handen trekken. Voor Lente is
geen spuitbus meer beschikbaar, maar gelukkig heeft oma er een weten te
bemachtigen. Zo juist zelf uit de handen van een heel klein jongetje getrokken.
Het jongetje zet een keel op. Vader heft toch zijn hoofd maar even uit zijn
telefoon om te kijken waarom kleine Nout zo staat te brullen.
Verderop kun je fietsen en zien of je sneller kan dan 20 kilometer. Want Trix liep, groot als zij was, toch maar 20 kilometer per uur. Ene Mees trapt de beentjes fiks rond, maar sneller dan Trix wordt hij niet. Teleurgesteld en boos stapt hij maar weer af "vind er niks aan" moppert hij.
Er zijn ook
filmpjes van wetenschappers te zien die kort iets vertellen over de vondst.
Maar het is niet te verstaan. Er wordt te hard geschreeuwd bij het onderdeel
"hoe verleid je een dinosaurus". Oma staat in de rij om, samen met Fleur,
te kijken of ze op haar leeftijd nog wat voor elkaar krijgt bij een dino. Maar
Fleur doet niet mee, Fleur wordt weggeduwd door AnneMarijn. AnneMarijn wil
samen met Oma. AnneMarijn wint. Fleur is nu boos en beent weg naar de volgende
zaal. Daar kan je in bewegend zand zoeken naar botten en fossielen. Ja, het
zand beweegt. Het is bijna eng want het loopt zo je hand af. Het plakt, maar
blijft niet aan je vingers kleven. Heel apart. Mijn puber hakt wat in het
goedje want het interesseert hem maar matig. Om de schijn op te houden en punten te winnen om straks wat lekkers te krijgen doet hij net of het leuk is.
Sem graaft dapper door het dikke goedje heen en vindt een plastic dino-bot.
Trots loopt hij naar mama. “Kijk mama”, piept het ventje, “een bot, een echte”.
“Mooi” mompelt mama, terwijl ze nauwelijks op kijkt van haar telefoon.
Enfin, we
komen dan eindelijk bij de versnaperingen, daar waar het puber natuurlijk om
gaat. “mag ik een hotdog, een cakeje, een ijsje, een tosti, een colaatje, zo’n
grote koek??”. Nee, je mag niks, want de pinautomaat doet het even niet en mama
heeft nooit contant geld mee. Jammer, net een kwartier voor niks in de rij
gestaan en nu is de sfeer verpest. Of eigenlijk heb IK de sfeer verpest want ‘jij
hebt ook nooit geld bij je” sneert blaagmans langs me heen. Gelukkig is de
redding nabij want op station Leiden is ook van alles te koop. Getroost met een
broodje en een ice tea en voor mij een Zeer Grote Koffie pakken we de trein.
Gezellig kruipt mannetje naast me. “was leuk mam” fluistert hij in m’n oor.
Gelukkig en voldaan ondergaan we de reis terug.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten